woensdag 20 november 2019

Vol verwachting….



Deze dag is aangekomen: kindervriend Sint Nicolaas
Heilig man van wie wij dromen, vreed’ op aard en geen geraas.
Vol verwachting, goede moed, doet verandering ons wel goed?
Vol verwachting, goede moed, doet verand’ren ons wel goed.

Eigen letters, goede woorden, deel het diepere verhaal
van een Kind dat wordt geboren, ’t spreekt van God in nieuwe taal.
Vol verwachting, goede moed, doet verandering ons wel goed?
Vol verwachting, goede moed, doet verand’ren ons wel goed.

Zaterdag 16 november jl. deed ik voor de tweede keer dienst in het Oud Burger Gasthuis in Nijmegen. Nu was de viering een oecumenische. Ik ging samen voor met de RK pastoraal werkster. De viering was een Woord- en Communiedienst, anders  gezegd: een dienst van Schrift en Tafel. Het was de dag van de intocht van Sinterklaas. In Apeldoorn, in Nijmegen en op vele andere plaatsen. Het ging gepaard met de nodige vrede en met enig geraas. Met verandering: er waren dit jaar veel roetveeg Pieten.

Voor de viering had ik bovenstaand lied gemaakt op de melodie van ‘Zie de maan schijnt door de bomen’. Als gemeentepredikant was ik gewend om aandacht te besteden aan de ware, open oecumenische bisschop Sint Nicolaas, die er is zowel voor binnen- als voor buitenkerkelijken. Ik draag niet voor niets de naam: Klasina. En nu waren we in Nijmegen ook nog bij elkaar in de Nicolaas Kapel.
Ik had letters meegebracht: een grote S van Sint, van sanctus, heilig. Die kreeg een mooie plek op het altaar. Daarnaast was er een schaaltje met kleine lettertjes. Voor na de dienst, onder de koffie: dan mocht een ieder de eigen letter zoeken en eten, met de gedachte: dat we bij onszelf komen, dat we onze levensweg en wie we zijn te binnen brengen en ons bezinnen. Dat we er met en voor elkaar zijn, met een vleugje heiligheid. Eigenlijk lijkt het delen van letters wel op zoiets als de communie.

Breken en delen in de gemeenschap van Christus. De maaltijd. Het brood en de wijn. Kan dat ook gevierd met andere symbolen? Dat we elkaar het licht doorgeven, een brandende kaars die we van hand tot hand laten gaan? Dat we brood en vis delen. Of dat we elkaar vruchten aanreiken, stukjes appel in honing gedoopt, aardbeien met slagroom, of druiven van één en dezelfde tros?  Of letters.
Mensen hechten aan het oude vertrouwde, aan de tradities. En die zijn vaak sterk en waardevol. Maar het oude loslaten en iets nieuws beproeven kan ook heilzaam zijn. 
Achteraf denk ik: het refrein had ik wel stelliger mogen dichten:

Vol verwachting, goede moed, doet verandering ons wel goed?
Vol verwachting goede moed, ja verand’ren doet ons goed!

november 2019             
                                    Sint Nicolasina,                                                                                     



woensdag 13 november 2019

Oud baart nieuw


Zondag 10 november jl. sprak Mechteld Jansen, rector van de Protestantse Theologische Universiteit in de kerk van Elst. Haar lezing was getiteld: ‘Oud baart nieuw’. Ze liet een paar beelden zien, o.a. van de brand in de monumentale Notre Dame van Parijs. De oude vrouw, onze lieve Vrouwe de kerk. Wat betekende ze? Wat heeft ze nog te zeggen? Ze sprak over vrouwen in de bijbel, Sara, Elisabeth, die op hun oude dag zwanger worden en een kind baren.  De zaterdag ervoor had ik voor het eerst dienst gedaan in het Oud Burger Gasthuis (OBG) in Nijmegen. Een drietal vrouwen (80+) vormen er een bestuur die in het Huis wekelijkse vieringen regelen. De lange duur is voor hen zwaar aan het worden. Er moet voor alles gezorgd. Er zijn maar weinig voorgangers. Ze vonden mij. Er waren een paar gesprekken. We zaten niet op één lijn. Wat was de betekenis van ‘oecumenisch’? Begrepen we elkaar wel? Het was de bedoeling dat ik mee zou doen met hun pastor in Woord- en Communie-vieringen. Ik wil liever niet de communie uitdelen, de door een priester gewijde hostie. Ik wil samenkomen rond het Woord, de bijbelse verhalen. Dat moet klinken en tot ons komen. Dat is onze bron, onze voeding. We maakten de afspraak dat ik in een paar diensten zou voorgaan. ‘Open vieringen’, wilde ik het noemen. ‘Oecumenisch’ klonk mij te kerkelijk.

Zaterdag was de eerste. Ik had een liturgie gemaakt en opgestuurd om te kopiëren. Die was veel te donker afgedrukt. Op de voorkant stond een 
afbeelding van MC Esscher.

We keken er met elkaar naar, bij de inleiding op de dienst. De verschillende sporen die over de weg getrokken waren, waren nauwelijks nog te zien. Er was het puzzelstukje van het spiegelende water. De kale donkere takken. Het ronde licht van de maan. We lazen de korte gelijkenissen uit Lucas 20 over het ene, dat verloren is. Een schaap. Een drachme. Over de vrouw die licht aansteekt, haar huis schoonmaakt, zoekt en vindt. De vreugde over het gevonden hebben. Ik vertelde over het waardevolle dat we kunnen verliezen, en over verloren zijn. Dat jij zelf verloren kan zijn, overvallen door donker en duisternis, overspoeld door modder. En over de hoop en het vertrouwen, dat er Iemand  - onze lieve Vrouwe  - is,  die licht aansteekt, schoon maakt, zoekt en zal vinden. Ons leven is kostbaar en waardevol. Mensen mochten vragen stellen. Een man zei: ‘Ik spreek namens het hele OBG: ‘U mag hier blijven!’


Na de dienst blies één van de drie bestuursvrouwen de kaarsen uit die op de tafel stonden. Dat ging niet goed. Er kwam veel kaarsvet op het kleed. Een ander werd daar boos over. Uit het verborgene werden geconsacreerde hosties te voorschijn gehaald om een paar mensen op de kamer de communie te brengen. Ik zag het per ongeluk. Het voelde als ‘betrapt’.
De kerkgangers gaven mij een hand. Sommigen hadden hun vragen: ‘Heb ik nou wel of niet de communie gekregen? Want weet u, ik ben erg vergeetachtig, ik weet het niet meer’.

Ik heb heel veel bewondering voor de drie vrouwen van het Huis, die door de jaren heen de vieringen trouw zijn gebleven. Zouden zij nog iets nieuws kunnen baren? Zou ik vroedvrouw mogen zijn? We weten nog niet wat er komt en hoe het eruit zal zien. Maar geloof: het komt. Oud baart nieuw. In Gods Naam.

Ineke van Middendorp-Sonneveld  
Elst, november 2019