woensdag 13 november 2019

Oud baart nieuw


Zondag 10 november jl. sprak Mechteld Jansen, rector van de Protestantse Theologische Universiteit in de kerk van Elst. Haar lezing was getiteld: ‘Oud baart nieuw’. Ze liet een paar beelden zien, o.a. van de brand in de monumentale Notre Dame van Parijs. De oude vrouw, onze lieve Vrouwe de kerk. Wat betekende ze? Wat heeft ze nog te zeggen? Ze sprak over vrouwen in de bijbel, Sara, Elisabeth, die op hun oude dag zwanger worden en een kind baren.  De zaterdag ervoor had ik voor het eerst dienst gedaan in het Oud Burger Gasthuis (OBG) in Nijmegen. Een drietal vrouwen (80+) vormen er een bestuur die in het Huis wekelijkse vieringen regelen. De lange duur is voor hen zwaar aan het worden. Er moet voor alles gezorgd. Er zijn maar weinig voorgangers. Ze vonden mij. Er waren een paar gesprekken. We zaten niet op één lijn. Wat was de betekenis van ‘oecumenisch’? Begrepen we elkaar wel? Het was de bedoeling dat ik mee zou doen met hun pastor in Woord- en Communie-vieringen. Ik wil liever niet de communie uitdelen, de door een priester gewijde hostie. Ik wil samenkomen rond het Woord, de bijbelse verhalen. Dat moet klinken en tot ons komen. Dat is onze bron, onze voeding. We maakten de afspraak dat ik in een paar diensten zou voorgaan. ‘Open vieringen’, wilde ik het noemen. ‘Oecumenisch’ klonk mij te kerkelijk.

Zaterdag was de eerste. Ik had een liturgie gemaakt en opgestuurd om te kopiëren. Die was veel te donker afgedrukt. Op de voorkant stond een 
afbeelding van MC Esscher.

We keken er met elkaar naar, bij de inleiding op de dienst. De verschillende sporen die over de weg getrokken waren, waren nauwelijks nog te zien. Er was het puzzelstukje van het spiegelende water. De kale donkere takken. Het ronde licht van de maan. We lazen de korte gelijkenissen uit Lucas 20 over het ene, dat verloren is. Een schaap. Een drachme. Over de vrouw die licht aansteekt, haar huis schoonmaakt, zoekt en vindt. De vreugde over het gevonden hebben. Ik vertelde over het waardevolle dat we kunnen verliezen, en over verloren zijn. Dat jij zelf verloren kan zijn, overvallen door donker en duisternis, overspoeld door modder. En over de hoop en het vertrouwen, dat er Iemand  - onze lieve Vrouwe  - is,  die licht aansteekt, schoon maakt, zoekt en zal vinden. Ons leven is kostbaar en waardevol. Mensen mochten vragen stellen. Een man zei: ‘Ik spreek namens het hele OBG: ‘U mag hier blijven!’


Na de dienst blies één van de drie bestuursvrouwen de kaarsen uit die op de tafel stonden. Dat ging niet goed. Er kwam veel kaarsvet op het kleed. Een ander werd daar boos over. Uit het verborgene werden geconsacreerde hosties te voorschijn gehaald om een paar mensen op de kamer de communie te brengen. Ik zag het per ongeluk. Het voelde als ‘betrapt’.
De kerkgangers gaven mij een hand. Sommigen hadden hun vragen: ‘Heb ik nou wel of niet de communie gekregen? Want weet u, ik ben erg vergeetachtig, ik weet het niet meer’.

Ik heb heel veel bewondering voor de drie vrouwen van het Huis, die door de jaren heen de vieringen trouw zijn gebleven. Zouden zij nog iets nieuws kunnen baren? Zou ik vroedvrouw mogen zijn? We weten nog niet wat er komt en hoe het eruit zal zien. Maar geloof: het komt. Oud baart nieuw. In Gods Naam.

Ineke van Middendorp-Sonneveld  
Elst, november 2019